Nieuwbouwwoningen energiezuiniger dan norm
Bouwbedrijven bouwen steeds energiezuiniger. Bijna 40% van de nieuwbouwwoningen is 25% zuiniger dan de wettelijke norm. In 2016 was het aandeel twee keer lager. Nieuwbouwwoningen moeten wettelijk een Energieprestatiecoëfficiënt (EPC) hebben van maximaal 0,4. Uit de verleende bouwvergunningen in 2018 blijkt dat een groot deel veel beter presteert.
Zeer energiezuinige woningen
Bovenstaande cijfers zijn gebaseert op op Bouwtrend, een online database met bouwvergunningen. Daaruit blijkt ook de opmars van zeer energiezuinige woningen, zoals nul-op-de-meterwoningen (NOM), dit zijn woningen die niet worden aangesloten op het gas. Nog nooit was het aandeel woningen met een EPC-waarde van kleiner en gelijk aan 0,0 zo groot geweest, bijna 14%.
Dat nieuwbouwwoningen steeds energiezuiniger worden vloeit ook voort uit de gestelde regels en eisen. Vanaf 1 januari 2020 worden alle nieuwbouw, zowel woningbouw als utiliteitsbouw, berekend met een nieuwe rekenmethode. Namelijk de NTA 8800 ‘Energieprestatie van Gebouwen’. De oude rekenmethode de EPC verdwijnt. Hieruit volgen ook nieuwe eisen waaraan vergunningsaanvragen nieuwbouw moeten voldoen. Daarnaast moeten vergunningsaanvragen vanaf 1 juli 2018 aardgasvrij zijn en hiermee voldoen aan de Wet Voortgang Energietransitie (VET).
Bijna energieneutrale gebouwen (BENG)
In Nederland leggen we de energieprestatie voor bijna energieneutrale gebouwen vast aan de hand van drie eisen: de BENG-indicatoren. BENG vloeit voort uit het Energieakkoord voor duurzame groei en uit de Europese richtlijn EPBD. Voor alle nieuwbouw, zowel woningbouw als utiliteitsbouw, geldt dat de vergunningaanvragen vanaf 1 januari 2020 moeten voldoen aan de eisen voor bijna energieneutrale gebouwen (BENG). Deze voorgenomen BENG-eisen gelden alleen voor nieuwbouw. Het beleid voor zeer energiezuinige bestaande gebouwen is nog in ontwikkeling.
Monitor Energiebesparing Gebouwde Omgeving
De Monitor energiebesparing gebouwde omgeving geeft een beeld van het verloop van energiebesparing in de woning- en utiliteitsbouw en het aantal en soort energiebesparende maatregelen die zijn getroffen. Ook laat de monitor zien hoe de energieprijzen verlopen en uit welke elementen deze zijn opgebouwd. In de monitoring zijn cijfers en feiten te vinden over belangrijke onderwerpen rond de gebouwde omgeving en gebeurt in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). Van het onderzoek naar isolatiematerialen, isolatieglas en HR-ketels wordt jaarlijks een apart rapport gemaakt.
Bron: RVO